Tot voor kort maakte ik mij nooit druk over recensies. Erg vreemd is dat niet, want op een enkele uitzondering na (een jeugdboek in de serie ‘Vlaamse Filmpjes’) publiceerde ik tot op heden enkel losse verhalen. Ja, verhalenbundels van diverse auteurs worden ook wel eens gerecenseerd, maar toch is dat anders. Dan kun je jezelf bij een matige recensie altijd nog wijsmaken dat het echt niet aan jou gelegen heeft, maar aan die ‘andere’ zwakke verhalen.
Nu is alles anders. Nu ligt mijn verhalenbundel (‘Traisha en het Ei’) ter recensie bij een aantal bekende websites en boekenblogs die voornamelijk of in elk geval met regelmaat fantasyboeken recenseren. Dat betekent dat ik straks met de billen bloot moet. Spannend is dat best wel, maar wat mij betreft is het een gezonde spanning. Niet dat ik denk dat recensies ooit 100% objectief kunnen of zullen zijn. Dat zijn recensies per definitie nooit, maar ik denk wél dat je eerlijke recensies van mensen die je niet persoonlijk kennen (anders kan het voor beide zijden lastig en pijnlijk worden) heel serieus moet nemen.
Tja, wat is een recensie eigenlijk? Met name op de grootste en bekendste webwinkel van Nederland zie ik met regelmaat boeken met een hele rits lezersreviews. Niet dat meningen van ‘gewone’ individuele lezers niet tellen, integendeel zelfs, maar soms frons ik toch mijn wenkbrauwen als ik een lange rij reviews met in meerderheid vijf sterren voorbij zie komen. Dat kan helemaal te goeder trouw en volkomen terecht zijn, maar af en toe kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat iemands hele netwerk in de strijd geworpen wordt om een auteur met een fiks aantal positieve ‘recensies’ een duwtje in de juiste richting te geven.
Om die reden zou ik eigenlijk nooit willen dat een bekende een boek of verhaal van mij recenseert. Dan kom je van beide zijden in een spagaat terecht. Bij een lovende recensie zal ieder die weet dat je elkaar kent vraagtekens plaatsen. Bij een negatieve recensie lijkt het me heel lastig om elkaar daarna ooit nog aardig te vinden. Niet doen, zou ik zeggen…
Maar… hoe je het ook wendt of keert, recensies hebben wel degelijk een grote invloed op de verkoop van je boek of bundel en daar is elke auteur gevoelig voor, ik dus ook. Dat heeft niets met geld te maken. Wie dollartekens in de ogen heeft, kan beter nooit gaan schrijven. Nee, het gaat om iets anders. Wat mij betreft schrijf je om gelezen te worden. Zo gauw ik weet dat mijn schrijfsels niet of nauwelijks gelezen worden, is het met mijn drive om te schrijven dan ook meteen en helemaal gedaan.
Wordt vervolgd…
Spannend, Hay. De drive schrijven om gelezen te worden is zeer herkenbaar. En ik heb zelf ook meermaals ervaren dat wanneer het met die drive (even) gedaan is, het dan ook erg lastig wordt om nog iets op ‘papier’ te krijgen.
Klopt, Harrij. Ik moet altijd enig ‘uitgeefperspectief’ zien in wat ik schrijf om er vol overtuiging mee aan de slag te kunnen gaan en blijven. Maar dat is niet bij iedereen zo. Er zijn ook mensen die een soort innerlijke drive hebben en zich tijdens het schrijven totaal niet afvragen of iemand hun geesteskind ooit zou willen lezen. Als die vraag al aan de orde komt, dan is dat pas als het verhaal af is. Zelf kan ik mij dat moeilijk voorstellen, maar goed, schrijvers zijn nu eenmaal heel verschillend.
Ik kan mij dat ook slecht voorstellen, Hay, vooral nu het uitgegeven krijgen wel erg makkelijk is geworden door de mogelijkheid van zelf uitgeven. En/of zelf in epub etc. zetten en online plaatsen. Maar waar en hoe dan ook, de zekerheid dat je gelezen wordt, is dan nog steeds niet zeker. Daarom ben ik blij dat ik nog niet lang geleden het webloggen heb ontdekt. Daar wijzen de statistieken dagelijks uit of en hoe dikwijls je gelezen bent – nou ja hoe vaak er iemand op jouw pagina’s geweest is althans. Voor mij is dat nu in elk geval een prikkel om lekker te blijven schrijven.