Voordat ik een nieuwe blog ga plaatsen, wil ik eerst eens wat snoeiwerk in mijn weblog verrichten en waar nodig spinnenwebben verwijderen. Sommige onderdelen zijn al een hele tijd niet bijgewerkt. Die zien er nu behoorlijk stoffig uit. Van andere bevalt de vormgeving me niet meer.
Een voorbeeld: Onder het kopje ‘120W’ zijn een aantal verhaaltjes te vinden die ik de laatste jaren op de website 120w.nl geplaatst heb. Daarachter volgt een hele rij losse links naar andere verhaaltjes op die site. Dat is achteraf gezien een heel ‘domme’ manier. Iedereen die zich op de site van 120w.nl heeft laten registreren, heeft daar namelijk een perfect opgezette auteurspagina, die een snel overzicht geeft over alle stukjes die je geplaatst hebt. Simpelweg onder het kopje ‘120W’ de link naar die auteurspagina plaatsen is dus een honderd keer betere oplossing dan wat ik nu doe. Zo zijn er meer voorbeelden te geven, maar daar ga ik de lezers van deze blog niet mee lastigvallen.
Ik neem rustig de tijd voor mijn herfstschoonmaak. Alles op een enkele avond leidt maar tot haastwerk en nieuwe onvolkomenheden. Ik begin dus zodadelijk met die 120W-aanpassing.
Maar… ik plaats vanavond natuurlijk niet alleen een nieuw stuk om het over schoonmaakperikelen te hebben. Mijn hernieuwde ijver dient een duidelijk doel. Ik wil zeker gedurende de rest van de herfst en winter meer blogs gaan plaatsen en dat is gewoon prettiger in een schrijfhuis dat net een grondige opknapbeurt heeft gehad.
Wat ik me óók voorgenomen heb, is om meer van mijn ‘schrijverijen’, al dan niet vers van de pers, online te gaan plaatsen. Het vergt overigens enig denkwerk om te beslissen wat je wel en wat je zeker niét online moet plaatsen. Om met dat laatste te beginnen, een verhaal waarmee ik aan een wedstrijd mee wil doen of dat ik misschien (regulier) kan publiceren, ga ik niet op mijn blog plaatsen. Dat behoeft weinig uitleg. Zowel wedstrijdorganisatoren als uitgevers willen over het algemeen geen reeds gepubliceerd werk. Je snijdt dus als auteur in eigen vlees als je daar geen rekening mee houdt.
Vandaag begin ik met het plaatsen van mijn laatste stukje op 120W. Het thema van de afgelopen week was ‘Hersenschimmen’. In de eerste versie van mijn 120-woorden-stukje kwam dat woord ook voor. Dat is namelijk een eis om mee te kunnen doen aan de wekelijkse themawedstrijd. In tweede instantie werd ‘hersenschimmen’ toch ‘demonen’. Dat vond ik in het stukje én passender én mooier klinken. Wie het leest, moet zelf maar beoordelen of dat een wijze beslissing was.
RESET
‘s Morgens drink ik sterke koffie. Zo verdrijf ik de demonen, die achter mij aan, al wervelend en temerig fluisterend, de trap afgedaald zijn.
Halverwege de morgen worden de eerste bressen geslagen. Dan voel ik ze, zoals al die andere dagen, aan de randen van mijn ik knagen.
‘Ho,’ roep ik keihard. Niet dat het helpt, maar Reset, mijn twaalfjarige setter, schiet overeind en jankt als een afgekeurde brandweersirene. Dat helpt wel.
Ik lijn Reset aan en loop met hem naar het park. Ze volgen me niet. Waarom zouden ze ook? Vroeg of laat kom ik terug.
Als Reset ’s avonds in slaap valt, komen ze me halen. Ik verzet mij niet. Al mijn kracht heb ik nodig. Voor morgen.